Een samenwerkend onderzoeksteam heeft onderzoek gedaan naar genetische verbindingen die voorkomen bij aandoeningen uit het autismespectrum en de aanwezigheid van deze verbindingen bij de algemene bevolking.
Het team bestaat uit onderzoekers van de Universiteit van Bristol, Massachusetts General Hospital en de Broad Institute of MIT and Harvard. Het team heeft een artikel geschreven over het onderzoek dat is gepubliceerd in Nature Genetics.
Kinderen
Ongeveer één op de 100 kinderen heeft last van autistische aandoeningen. Zij worden gekenmerkt door sociale moeilijkheden, moeite met taalgebruik en communicatieve obstakels. Het onderzoek dat deze week gepubliceerd is, suggereert dat de aanleg voor dergelijke aandoeningen niet alleen aanwezig is bij personen die er ook daadwerkelijk last van hebben.
Taalgebruik
De moeilijkheden met taalgebruik en omgaan met sociale contacten kan daarom ook voorkomen bij mensen waarbij geen autistische aandoeningen zijn geconstateerd, de mate waarin deze voorkomen zijn vaak wel veel lager dan bij iemand waarbij de aandoening wel officieel is vastgesteld.
Autismespectrum
Door het steeds makkelijker kunnen analyseren van gen opbouw wordt er een goed beeld gemaakt van het landschap waarin aandoeningen uit het autismespectrum zich bevinden. Uit onderzoek blijkt dat het meeste risico op dergelijke aandoeningen polygenetisch is, dit betekend dat er meerdere genetische afwijkingen zijn binnen het gen en dat er geen invloed van buitenaf bij komt kijken.
Iedereen
Na het uitzoeken wat de risico’s waren van zowel genetische invloeden als invloeden van buitenaf hadden de onderzoekers een duidelijk beeld. Daarbij maakten zij de ontdekking dat de genetische aanleg voor autistische aandoeningen bij iedereen aanwezig is en daardoor ook invloed (kunnen) hebben op ons gedrag en sociale vaardigheden.
De onderzoekers hopen dat dit deuren zal openen naar het onderzoeken van andere neuropsychiatrische aandoeningen zoals schizofrenie in de toekomst.