Onderzoekers van de Universiteit van Californië hebben mogelijk uitgevonden hoe astrocyten reageren bij verwonding of ziekte en hoe deze processen in het brein regelen. Het kan nieuwe deuren openen bij de genezing van ziektes zoals onder andere Alzheimer.
De onderzoekers hebben laten zien dat het passeren van moleculen door de kern van stervormige hersencellen, genaamd astrocyten, een belangrijke rol kunnen spelen in de gezondheid van het lichaam. Het onderzoek is gepubliceerd in het blad Nature Neuroscience.
Astrocyten
Astrocyten zijn steuncellen die zich bevinden tussen een bloedvat en een zenuwcel. Ze hebben een kenmerkende vorm van een ster en hebben bovendien vele functies, zoals het herstellen van neuronen, het verwijderen van sommige neurotransmitters en het regelen van de concentratie ionen in het brein.
Neurologische afwijkingen
Sommige afwijkingen in de hersenen worden geassocieerd met een verhoogde aanmaak van een proteïne genaamd TGF-beta, zoals bijvoorbeeld Alzheimer en hersenbeschadiging. Eerdere onderzoeken hebben uitgewezen dat astrochyten ook hogere waardes p75 neurotrofine receptor, of afgekort p75NTR, om het makkelijk te houden. Dit is een proteïne dat helpt de groei van cellen te detecteren.
Onderzoek
Het onderzoeksteam heeft nu laten zien dat zonder de werking van het p75NTR gen de aandoening hydrocefaluc, of waterhoofd voorkomen kan worden bij muizen die hogere waardes van het TGF-beta proteïne produceren. Bij deze aandoening is er teveel hersenvocht aanwezig, wat doorgaans zorgt voor teveel druk op de hersenen waardoor het functioneren ervan beperkt kan worden.
De kern van een cel bestaat uit een hele hoop chromosomen die gehuld zijn in een beschermend vettig membraan. Tijdens het onderzoek kwamen de wetenschappers erachter dat er kleine hoeveelheden p75NTR proteïne vrijkomt als de astrocyten worden behandeld met TGF-beta proteïnen. Dit kleine beetje p75 neurotrofine receptor proteïne werd gebruikt om nucleoporins te binden. Dit is een groep proteïnen dat de doorgang van moleculen reguleert die de celkern passeren. Dit lijkt er op te wijzen dat de binding van nucleoporins de doorgang van belangrijke stoffen, zoals bijvoorbeeld het proteïn Smad2, naar de celkern verbeterd.
Dit kan een belangrijke stap betekenen in het onderzoeken en wellicht zelfs verhelpen van verschillende neurologische aandoeningen. Hiermee hebben de onderzoekers namelijk duidelijk gemaakt wanneer welke stof toegelaten wordt tot de celkern.