The Order: 1886
Het is een discussie die steeds na de release van een grote game opduikt: hoe lang moeten games zijn? Afgelopen week kwam The Order: 1886 uit, een filmische shooter voor de Playstation 4. De game werd in de afgelopen twee jaar enorm gehyped, met epische trailers en prachtige cinematics. De ontwikkelaar, Ready at Dawn, leek een fantastische game te gaan afleveren, waarmee eindelijk gezegd kan worden dat de “next-gen” een feit is. Het mocht helaas niet zo zijn. Een week voor de release doken er geruchten op dat The Order: 1886 enorm kort was, wat later ondersteund werd door een Youtube-kanaal dat een walk-through van de complete game online gooide. Enkelen probeerden nog de boel te sussen door te laten zien hoe andere games ook kort zijn als je erdoorheen walst, maar de schade was al gedaan. Vanaf dat moment stond de game, ondanks zijn prachtige visuals en unieke verhaal, bekend als “de veel te korte game”. Het is een trend die de afgelopen jaren duidelijk bezig met een opmars: filmische games die vrij kort zijn, maar waar je toch het volle pond voor betaalt. Ideaal, zeggen sommigen, want we hebben allemaal al zoveel haast tegenwoordig.”Eindelijk een game die ik kan uitspelen”, hoorde ik een ander beweren. Is het dan echt niet erg dat games tegenwoordig zo kort zijn?
Gamen is duur
Er zijn excuses genoeg voor elke developer om games kort te houden. Games worden steeds mooier, en gamers verwachten steeds uitgebreidere games. Dat betekent ook dat er meer tijd gaat zitten in het ontwikkelen van games, wat de ontwikkeling duurder maakt. Het is dan ook de clue om een goede middenweg te vinden, tussen te korte games en games die maar door blijven gaan. Ik heb geen tijd om elke dag vijf uur mijn karakter te levelen, maar wil ook niet 60 euro uitgeven aan een spel dat na één middag spelen afgelopen is. Gamers worden verwend met indie-games, die vaak een fractie kosten van wat de gemiddelde uitgever voor een triple A-game vraagt. 60 euro is veel geld, zeker voor de gamers die elke grote game willen spelen. Elke maand komen er meerdere toppers uit, en sommigen willen nou eenmaal niet kiezen. Gamen is dan ook een dure hobby, al helemaal vergeleken met het luisteren naar muziek of het lezen van boeken. Als je helemaal van alles wat wilt meepikken moet je zelfs drie verschillende consoles kopen, met het liefst nog een computer ernaast.
Maar is dat echt zo?
Niet iedereen heeft zo’n groot budget, wat gamer kieskeurig maakt. Als je voor de komende twee maanden slechts 60 euro van jezelf mag uitgeven aan games, koop je dan een game als The Order:1886, waar je slechts 6 uur uit haalt? Het antwoord is “nee”, als je het internet de afgelopen dagen in de gaten hield. De “geldwolven” die de game gemaakt hebben moeten zich volgens velen schamen, want niet iedereen kan 5 games per maand kopen. Er zit een kern van waarheid in die opvatting, uiteraard, maar het gaat ook uit van een generalisering die in veel gevallen gewoon niet opgaat. Juist de gamers met een krap budget kopen niet elke game gelijk na de lancering. Als je een half jaartje wacht, kan je de game ongetwijfeld voor de helft van de prijs aanschaffen. Sterker nog, als je niet vies bent van games ruilen of tweedehands kopen, kan je via Marktplaats hele mooie dealtjes sluiten met andere gamers. Die manier van games kopen lijkt steeds efficiënter te worden: veel games krijgen allerlei updates en extra content, die later ongetwijfeld met een goedkopere versie van de game gebundeld zullen gaan worden. Door de game dus tijdens de lancering te kopen geef je het meeste geld uit aan de minste content.
Het valt allemaal wel mee
Het ligt er dan ook maar net aan of je games ziet als een beleving, als kunst, of als een product waar je zoveel uit wilt halen als je maar kan. Niemand kan ontkennen dat The Order: 1886 kort is, maar is dat erg? Het is wel een intense beleving, een klein stukje kunst. Ik persoonlijk zou er geen 60 euro aan uitgeven, maar dat hoeft ook niet. De game zal vanzelf in prijs dalen, en ondertussen zijn er tientallen andere, langere games, die me prima zoet kunnen houden. We moeten dan ook niet gaan doen alsof elke game te kort of te duur is, zeker niet. De extreme gevallen, zoals The Order 1886, vallen echter wel steeds meer op in onze “ongelimiteerde” entertainment-cultuur. We zijn gewend gratis muziek te luisteren via Spotify en onbeperkt films te kijken via Netflix. Loopt de games-industrie daardoor achter? Nee, maar het is wel duidelijk een andere manier van consumeren, die de consument op de juiste manier moeten weten te balanceren. De ene game zal je nou eenmaal honderden uren spelplezier opleveren, terwijl de ander je “maar” 8 uur bezig houdt. Je wordt nergens toe verplicht, en zolang het niet een trend wordt die elke ontwikkelaar gaat volgen hoeven we ons nergens zorgen over te maken. Niemand dwingt je te kiezen voor The Order: 1886. Als je de game te kort vindt, koop je het spel gewoonweg niet. Het is een kwestie van vraag en aanbod, en niet een markt waarin elke gamer op zijn wenken bedient moet worden. Zolang we dat beseffen, valt het allemaal heus wel mee. Ondertussen ga ik alvast Marktplaats afstruinen…